De belangrijkste stelregels voor de ideale keuze in slangdiameter zijn:
- De oliesnelheid in een persslang mag niet meer dan 6 m/s (20 ft/sec) zijn.
- De oliesnelheid in een zuigslang mag niet meer dan 1,3 m/s (4 ft/sec) zijn.
- De oliesnelheid in de retourleiding mag niet meer dan 3 m/s (10 ft/sec) zijn.
De onderstaande tabel is hierbij een handig hulpmiddel:
Uit kostenoverweging wordt er in de praktijk vaak een te kleine slangdiameter gekozen. Hierdoor wordt er vaak onnodig veel energie verbruikt, omdat de weerstand in de slang veel te hoog is.
De buigradius van een slang moet zeker in acht worden gehouden. Monteer je een slang waarbij de maximale buigradius wordt overschreden? Dan wordt de levensduur van de slang met soms wel 90% gereduceerd. Ook bestaat de kans dat de slang direct barst bij ingebruikname.
Bij het persen van de slang moet je er rekening mee houden dat je de juiste pilaar en huls bij de gekozen slang gebruikt. Als je de huls om de slang hebt gekrompen tot de aangegeven buitendiameter van de huls, dien je de vervorming van de pilaar te controleren met een kaliber. De buitendiameter is alleen een indicatie, het kaliber is maatgevend!